Box 3 wijzigingen en rechtsherstel
Vanaf 2026 gaat het box 3 stelsel op de schop. Vanaf dat moment wordt niet langer een fictief rendement belast, maar wordt belasting geheven over de daadwerkelijke resultaten.
Door het arrest van de Hoge Raad zijn de aanslagen over de jaren 2017 tot en met 2020 inmiddels hersteld voor belastingplichtigen die hiertegen bezwaar hebben gemaakt. Ook belastingplichtigen waarvan de aanslagen over de jaren 2017 tot en met 2020 nog niet onherroepelijk vaststonden hebben recht op dit herstel. Voor alle belastingplichtigen geldt dat er een correctie komt over de jaren 2021 en 2022.
In het herstel wordt nog steeds uitgegaan van een fictief rendement. Vermogen wordt hierbij verdeeld in drie categorieën met elk een eigen forfaitair rendementspercentage. Er wordt onderscheid gemaakt tussen banktegoeden, overige bezittingen en schulden. Het is nog niet bekend welke percentages hieraan worden toegekend. Op basis hiervan wordt het box 3 voordeel berekend. Is dit lager is dan de oorspronkelijke berekening? Dan gaat de Belastingdienst uit van dit lagere bedrag. Het kan dus alleen maar leiden tot een teruggaaf en nooit tot een correctie waarbij meer belasting is verschuldigd in box 3.
Belastingplichtigen die geen bezwaar hebben gemaakt over de jaren 2017 tot en met 2020 komen niet in aanmerking voor rechtsherstel. Eerder heeft Staatssecretaris van Financiën Van Rij in een podcast laten weten dat deze belastingplichtigen wel een verzoek tot ambtshalve vermindering kunnen indienen. Daarover lezen we nu niks terug.
In 2026 komt er dus een nieuw stelsel. Voor de jaren 2023 tot en met 2025 wordt de box 3 heffing berekend overeenkomstig het herstel over de jaren 2017 tot en met 2022. Het grote verschil is dat als de berekening op basis van de nieuwe regeling nadeliger is dan de oude regeling, dat dan deze nieuwe regeling wel geldt. In het rechtsherstel kan alleen sprake zijn van een lager inkomen in box 3. Onder de regeling vanaf 2023 kun je dus ook hoger uitkomen.